OPGEJAAGD DOOR DE TOUR DE FRANCE.

Bericht 5

De Dordogne was mijn volgende doel op deze reis en bij het Chateau de Beynac wierp ik de eerste blik op deze rivier.

Foto 1: De Dordogne bij Chateau de Beynac.
Foto 2: Chateau de Beynac bij de Dordogne.
Foto 3: Nog een aardig plaatje van Chateau de Beynac.
Foto 4: Het plaatsje Beynac. Blijkbaar was ik niet de enige die Beynac en het bijbehorende kasteel had ontdekt.
Foto 5: Kajakkers bij de Dordogne met op de achtergrond weer een ander kasteel, namelijk dat van Castelnaud.
Foto 6: Het Chateau de Castelnaud van dichtbij gezien.
Foto 7: Je kunt de kastelen ook vanuit een luchtballon bekijken. Ik moet als ik die balonnen zie vaak denken aan het avontuur van Graaf Ferdinand von Zeppelin, maar met een hete luchtballon zweef je veiliger door het luchtruim dan die beroemde graaf indertijd met zijn gasballon deed. Toch heb ik me nog nooit aan zo’n ballonvaart gewaagd.

In Saint Vite bij Fumel zocht ik AnneMie op, een Vlaamse schilderes die ik vorig jaar bij toeval ontmoette in een supermarkt. (Zie www.delobela.be). Ze herkende mij toen aan mijn bestofte tee-shirt of misschien aan mijn Santos fiets die ook niet geheel vrij van stof was. Ze had toen een fiets die je liever in een museum bewondert dan dat je er op gaat zitten, laat staan er mee gaat rijden, maar kort geleden had ze, beïnvloed door mijn verhalen en de aanblik van mijn Santos, een prachtige nieuwe fiets met hulpmotor gekocht, elektrisch nog wel.
We maakten een tochtje vanuit Saint Vite naar Chateau de Bonaguil. Daarvoor moest flink geklommen worden maar omdat ik mijn bagage in Saint Vite had achtergelaten leek het wel alsof mijn Santos ook elektromotorisch werd voortbewogen. Om te zeggen dat mijn fiets plotseling vleugels had gekregen zou wat overdreven zijn maar het reed toch wel een stuk lichter dan met die berg bagage er op.

Foto 8: AnneMie in actie in een haarspeldbocht.
Foto 9: Het Château de Bonaguil.
Foto 10: En nog een foto van het kasteel.
Foto 11: Château de Bonaguil gezien door de ogen van een striptekenaar.

Niet ver daar vandaan ligt Rocamadour, een mooi langs een rotswand gebouwd plaatsje. Ik bezocht het in 1975, tijdens mijn vijfde fietsvakantie. Toen was ik de tel nog niet kwijt. Leuk om het na bijna een halve eeuw weer te zien.

Foto 12: Rocamadour tegen de rotswand geplakt.
Foto 13: Nog een kiekje van Rocamadour

Langs de Lot hebben noeste werklieden in het verleden een spectaculair paadje uit de loodrecht rotswand gebikt. Het voerde mij naar het prachtige dorp St. Cirq Lapopie, dat ik wilde gaan bekijken.

Foto 14: Fort aan de Lot, gebouwd in een rotsspleet, dicht bij St.Cirq Lapopie.
Foto 15: Het paadje langs de Lot, uitgehakt uit de steile rotswand.
Foto 16: St. Cirq Lapopie, dat geclasseerd staat als een van de mooiste dorpen van Frankrijk.

Toen ik bij het dorpje aankwam en er over nadacht hoe ik er de foto van wilde maken waarmee ik vast en zeker de eerste prijs van een internationale fotowedstrijd zou winnen, was er plotseling een drukte van auto’s en politie om me heen. Achter me werd er een bord op de weg gezet: Route fermée. Afgesloten weg van 14.00 tot 17.30.
“Wat is er aan de hand?” vroeg ik aan een politieagent.
“Tour de France,” antwoordde hij.
“Maar die is toch al afgelopen? Of was het gelijkspel en moet het over?”
“Tour de France voor dames.”
Het was 13.55, dus als ik niet urenlang klem wilde komen te zitten, moest ik maken dat ik hier weg kwam. De Tour ging langs de noordkant van de Lot. Met de fiets kon ik nog juist langs de zuidkant. En dus vergat ik het mooie dorpje en en de eerste prijs en spoedde ik mij weg van de drukte.
Later die dag kwam ik op een kruispunt waar het vol stond met auto’s. De Tour was daar juist langs geflitst. Voor mij schoof de politie een hek aan de kant, zodat ik verder kon. Het gevolg was dat ik van het publiek, dat nog niet vertrokken was, allerlei ‘geestige’ opmerkingen te incasseren kreeg in de trant van: “Even flink doortrappen dan haal je ze wel in.” Plus natuurlijk allemaal nep applaus. En dan moet je nog vriendelijk knikken en zwaaien anders ben je een zuurpruim.
Avonds vond ik gelukkig een mooi rustig plekje om te kamperen.

Foto 17: Mooie rustige kampeerplek op een afgemaaid veld.

De volgende dag fietste ik Najac binnen, nog zo’n mooi dorpje dat ik op mijn gemak wilde bekijken en waar eventueel ook een prijswinnende foto van te schieten zou zijn. En weer moest ik snel weg want ook hier werden de wegen gedurende het grootste deel van de middag afgezet voor de racende dames. Het leek wel alsof ze me achterna zaten.

Foto 18: Nog snel een plaatje van het aardige plein van Najac voordat de boel afgezet werd.

Hierna was ik verlost van de Tour-de-France-drukte. Ze zullen het weer een jaar zonder mij moeten stellen. Ik vervolgde mijn eigen Tour de France in de richting van Cordes, ook weer zo’n mooi oud gerestaureerd plaatsje dat op de lijst staat van de mooiste dorpen van Frankrijk. Zouden ze speciaal voor mijn bezoek aldaar nog even snel een alternatieve Tour de France of Jeugd Tour de France in elkaar knutselen?
Tot zover dan dit bericht dat zo heel lang op zich heeft laten wachten. Bericht 6 volgt spoedig……. hoop ik. En dat hoopt u hopelijk ook.